Feitelijk is er een verschil tussen de Amsterdamse School en de Amsterdamse schoolstijl. Natuurlijk is de Amsterdamse school een bouwstijl, maar daarnaast is er ook gebouwd in de Amsterdamse Schoolstijl. Veel woonblokken in oud zuid en de Watergraafsmeer zijn daar voorbeelden van. Kenmerk is dat ze minder uitbundig zijn, strakker, formeler en dat ze minder bouwmaterialen gebruiken. De uitbundigheid en het idealisme zijn een beetje vervaagd. Wat overblijft is een raamwerk van Amsterdamse school waarin meer plaats is voor functionaliteit. Ik ben ook de term “jaren dertiger huizen” tegengekomen. Dat is niet een aparte stijl maar lijkt op de Amsterdamse schoolstijl. Er zijn ook raakvlakken met de Delftse en Haagse school.
De Amsterdamse Schoolstijl
Er was in de jaren na de grote hausse van de uitbundige en expressionistische Amsterdamse school de nodige kritiek ontstaan. Men vond de frivoliteit met zijn ornamenten en robuust metselwerk verspilling van geld in een tijd waarin nog steeds woningnood en een schaarste aan bouwmaterialen was.


De kosten per woning waren hoog vanwege het overdadige gebruik van bouwmaterialen, ornamenten en het feit dat uiterlijk belangrijker was dan functionaliteit. Ook het gebruik van facades (een mooie buitenkant met weggewerkte dragende structuren) zorgden voor veel extra gebruik van materialen en dus ook extra kosten.
Een treffend voorbeeld is een fraai weg-gemetselde regenpijp in de voorgevel van Museum het Schip (het schooltje) op de grens met het naastgelegen (linker) woonblok. Helaas zorgde die voor het oog fraaie oplossing voor veel lekkage en dus extra kosten.
Het onderhoud was behoorlijk duur (bijvoorbeeld veel schilderwerk). En niet alleen de beheerder liepen tegen veel onderhoud en kosten aan, ook de bewoners waren extra energie kwijt om alle kleine raampjes en hoeken in de woningen schoon te houden.
De woningen hebben kleine ramen die vaak niet open konden. Ook zijn er balkonnetje waar je niet op kan. Dit was onder andere om er voor te zorgen dat mensen niet naar buiten gingen hangen om met elkaar te praten (zoals in de Jordaan) maar ook om te voorkomen dat de was buiten werd gehangen. Dergelijke voorschriften vielen onder de Verheffing van de Arbeiders.
Maar al snel kwam het besef hoe belangrijk licht en frisse lucht zijn voor de mensen. Ook kregen bewoners de beschikking over meer vierkante meters terwijl de woonblokken in de Amsterdamse stijl doorgaans erg klein waren.
De aangepaste stijl
De Amsterdamse Schoolstijl is een afzwakking van de oorspronkelijke uitbundige stijl. De grote ornamenten en uitbouwen zijn geminimaliseerd, er word bezuinigd op materialen, de ramen kunnen open, er zijn balkons aan de achterzijde van de huizen met openslaande deuren en er is meer ruimte.
De wijken in Amsterdam zuid maar ook in de Watergraafsmeer zijn ook vaker voor de middenklasse en niet meer perse voor de arbeiders. Zo werdt het gebied in de Watergraafsmeer rond het Galileiplantsoen en het Voltaplein de Koperen knopenbuurt genoemd. Hier woonden veel ambtenaren zoals brandweerlieden, politieagenten en leraren.
De woningen in de Watergraafsmeer zijn nog steeds van rode baksteen, hebben scherpe daklijnen met rode pannen, karakteristieke houten deuren en ladderkozijnen. Voor de echte kenmerken moet je in de Watergraafsmeer op zoek. Mooi voorbeeld is het Voltaplein. Daar zit een “soort”torentje en een balkonpartij maar slechts op één hoek van het plein.
Maar er zijn ook significante objecten van de Amsterdamse School te vinden. Zo zijn er in Zuid prachtige voorbeelden van woonblokken waarin de horizontale (organische lijnen,) frivool metselwerk en kenmerkende raampartijen overduidelijk aanwezig zijn.
In de Watergraafsmeer zijn meerdere schoolgebouwen en objecten zoals diverse bruggen, de Watergraafsmeerse schoolvereniging, de 5e montessorischool en het woningbouwblok tussen de Linnaeusparkweg, het Galileiplantsoen en de Pythagorasstraat te zien die overduidelijke kenmerken van de Amsterdamse bouwstijl vertonen.
Geef een antwoord